Mark Brusse (1937) is Nederlander van geboorte, maar in de internationale kunstwereld is hij veel bekender dan hier. Daar moest wat aan gebeuren, vond museum Beelden aan Zee (Scheveningen), en daarom is er nu een grote overzichtstentoonstelling.
Door Frans van Hilten. ‘Een nieuw lesje kunstgeschiedenis langs een levende lijn,’ noemt Emma van Proosdij, hoofd artistiek bedrijf en curator van de tentoonstelling, het contact met Mark Brusse. Praten met de inmiddels 84-jarige kunstenaar is luisteren naar een rasverteller, die sterke verhalen uit de kunstscene van Parijs en New York opdist – met Hollandse nuchterheid, maar ook genietend van de aandacht. Aandacht die in Nederland lang op zich liet wachten. Terwijl het Parijse Centre Pompidou allang zijn werken in de vaste collectie opnam, kennen nog steeds betrekkelijk weinig Nederlanders zijn oeuvre.
Parijs, New York
Brusse vindt het geen wonder. Kort na zijn Arnhemse academietijd verhuisde hij immers naar Parijs, waar hij met menig grote der aarde in contact kwam. Toen hij een tijd later naar New York vertrok, ging hij daar aanvankelijk door met maken wat hij daarvoor ook maakte. “Totdat ik dacht: waar ben je nou mee bezig, je weet helemaal niet waar je bent! Toen ben ik andere, horizontale werken gaan maken, als het krioelende leven tussen alle verticaliteit van die stad. Ik heb iets tegen virtuositeit.” Later werkte Brusse nog in onder andere Berlijn, Zuid-Korea en Japan.
In zijn sculpturen verwerkt Brusse vaak gevonden objecten. Met veel smaak vertelt hij hoe collega-kunstenaar Klaas Gubbels ooit in een les aan de academie van Rotterdam uitlegde: “Alles kan kunst zijn, zélfs een olieverfschilderij.” Het werd hem niet in dank afgenomen door de studenten, die nu juist het idee hadden inmiddels aardig te kunnen schilderen.
Muziek in wit marmer
Hoewel het werk qua materialen en vormen heel divers is, komt een aantal motieven vaak terug. Een veer, die het kunstwerk losmaakt van de grond, het hart als lichaamsorgaan, schedeltjes, de tijd. Voor componist John Cage, die beroemd werd met partituren bestaand uit één stilte van een vastgestelde duur, maakt hij een zandloper die de afgemeten tijd in wit marmerpoeder liet verlopen. “Zo had ik de muziek van Cage uitgedrukt in wit marmer!” zegt hij met triomfantelijk schitterende ogen.

Zwaar valt hem het werken ook op deze leeftijd niet. “Het werk is híer,” zegt hij, wijzend op zijn hoofd. “Ik probeer alles zo trouw mogelijk aan mijn eigen voorstelling uit te voeren. Ik weet altijd wat het moet worden, maar ik gebruik de cadeautjes van het toeval. Als ik iets schilder en de verf stroomt uit, dan denk ik: daar zal wel een reden voor zijn. Als je dat vervolgens probeert te accentueren, is het weer goed.”
Twee keer
Zo liet hij een in brons gegoten schildpad, waarvan de pootjes onbedoeld doorzakten onder het gewicht van een steen, zoals die was. Hij doopte het werk Heavy. Hij trekt de vergelijking met jazzdrummer Pierre Courbois, die na zijn grote doorbraak tegen Brusse zei: “Er is niets veranderd, alleen als ik tegenwoordig ernaast sla, doe ik dat twee keer.”
- Mark Brusse, Shapes of Silence. Beelden aan Zee, tot en met 6 maart 2022.
- Ook iets moois gezien? Deel het met kunstHart!
Foto boven: Mark Brusse aan het werk