Door: Frans van Hilten. Zijn enorme stalen sculpturen staan overal in Nederland, van de Stopera tot het Jaarbeursplein. Maar omdat socialist André Volten graag iets voor zijn medemens deed, zijn het vaak heel functionele dingen, waar je op kunt zitten bijvoorbeeld, of die als afdak dienen bij regen. Daardoor beseft niet iedereen altijd dat ze van een kunstenaar afkomstig zijn en soms raakt er bij herinrichting zomaar iets kwijt. Onderzoeker Emma van Proosdij van Museum Beelden aan Zee in Den Haag vindt dan ook dat Volten (1925-2002) toe is aan een herwaardering.

De tentoonstelling André Volten: Utopia is deel van een drieluik: vorig jaar werk van Auke de Vries, volgend jaar van Carel Visser. Dit jaar een grote hoeveelheid maquettes, schaalmodellen, vrij werk en zogenaamde ‘oefeningen in plasticiteit’ van Volten. Bijna alles komt uit de nalatenschap van de kunstenaar, beheerd door de Stichting André Volten. Vaak was restauratie voor de tentoonstelling hard nodig.

Tot de nalatenschap hoort trouwens ook het atelier van de kunstenaar in Amsterdam. Daar is een tweede tentoonstelling te zien. Van Proosdij en architect Trude Hooykaas, adviseur van de stichting, werkten nauw samen aan beide tentoonstellingen.
Tijdsbeeld
Veel ontwerpen van André Volten geven een zeker tijdsbeeld, dat we allemaal wel kennen. Toch is het bijzonder om al dat werk eens bij elkaar te zien en het vakmanschap te bewonderen, waarmee de kunstenaar zijn materialen en in het bijzonder het loodzware staal te lijf ging.
De foto: ovale ringen

Te zien:
- André Volten, Utopia. Museum Beelden aan Zee, 9 februari tot en met 27 mei 2018
- André Volten. Atelier André Volten Amsterdam, 11 februari tot en met 27 mei 2018