Door Frans van Hilten. Het is Schrikkeldag en dan ontstaat onder liefhebbers van de boeken van Tonke Dragt altijd een lichte hysterie. Volgens haar boek De torens van februari is dit immers één van de dagen waarop je kunt verhuizen naar een parallelle wereld, als je maar op de juiste plaats en de juiste tijd het juiste woord uitspreekt. Dat woord kan een oplettend lezertje volgens Tonke uit het boek opmaken, maar de fangemeenschap is ook een kleine halve eeuw na verschijning van het boek niet verder dan vermoedens. Vandaag is #WatIsHetWoord veel gebruikt op Twitter.
Iets meer weten we van de ontstaansgeschiedenis van het boek. Tonke Dragt schrijft in haar inleiding dat zij alleen een gevonden dagboekje heeft ‘bezorgd’ van een verdwenen jongen, Tom Wit, maar in een interview heeft ze ook eens verteld hoe ze in een verlaten Kijkduin twee nieuwe torenflats tegen de dreigende lucht zag en de inval voor dit verhaal kreeg. Reden genoeg om vandaag Kijkduin eens op te zoeken voor een fotoverslag.
1. Het huis van Tonke
Onderweg even door de Haagse Rozenstraat, waar Tonke tot enkele jaren geleden woonde. Ik rijd ook langs het verzorgingshuis waar zij nu woont, maar dat zet ik om privacyredenen niet op de foto.


2. Kijkduin: het strand

3. Kijkduin: de noordkant
In Kijkduin loop ik eerst rechts van de boulevard de duinen in. Daar zie je interessante zaken, maar vooralsnog geen flats. Ook het “uitzichtpunt noord” lijkt weinig soelaas te bieden: geen flats in de directe nabijheid.





4. Kijkduin: de zuidkant
Dan maar over de troosteloze boulevard – door nieuwbouwwerkzaamheden is alles gesloten en in verval – op weg naar de zuidkant. Vandaar zijn meer flats te zien. Echt dichtbij zijn alleen flats die ofwel van later datum dateren, of veel lager zijn. Maar kunnen die twee in de verte het niet zijn?



5. Naar de flats toe
Van dichtbij is er vast meer te zeggen en daarom spoed ik mij naar de flats. Ja, ze hebben die strepen aan de zijkant, ja, ze zijn al wat ouder, ja, ze zijn hoog en ja, ze liggen ongeveer waar ik me meende te herinneren dat ze moesten staan volgens dat interview. Maar er zijn ook onduidelijkheden. De flats liggen toch nog wel een paar honderd meter van het strand. En: het zijn er geen twee, maar vier, die dwars op elkaar staan opgesteld. Toch: vanaf de boulevard zie je er maar twee. En de omgeving ademt voor mijn gevoel zeker de sfeer van het boek. Ik houd het voorlopig op deze flats.



Epiloog: de schrijfster vertelt
Nog voor publicatie deel ik mijn bevindingen op de Facebookgroep van Tonke Dragt-liefhebbers. Tot mijn verbazing blijkt Bas Maliepaard, die recent nog met Jaap Friso een mooie interviewpodcast met Tonke maakte (luister deel 1 en deel 2), op dat moment bij de schrijfster te zijn en het even bij haar na te hebben gevraagd. Het model is geweest de eerstgebouwde flat langs de Heliotrooplaan, en dat is de flat Duinrande (1957). Dit is ‘m! Ik zat er dus naast, maar in elk geval wel in de juiste groep flats. Dank je wel Tonke, dank je wel Bas!