De Donkere Middeleeuwen noemen we ze meestal: de periode tussen 900 en 1100. Niets is minder terecht, zo blijkt in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Nog maar twee weken te zien!

Door Frans van Hilten. In het jaar 900 was 70% van Nederland natuur. Er leefden beren en elanden en slechts 30% was bewoond cultuurland. In 1100 was de verhouding omgedraaid. Het landschap van akkers, boomgroepjes en een kerk dat we nog steeds kennen was een feit. En er was meer veranderd.

Als we over de Middeleeuwen spreken, gaat het meestal ófwel over de vroege tijd van de Karolingers ófwel over de late periode, waarin de graven van Holland in opkomst waren. Maar de periode ertussenin is minstens zo interessant, bewijst het RMO. Zo kreeg het Oudnederlands in deze periode vorm en maakte Europa zich op voor de eerste kruistochten, waarbij de invloed van de rijke Arabische cultuur voet aan de grond kreeg in Europa. Keizer Otto II trouwde met een prinses uit Byzantium, Teofanu, met wie hij regelmatig de palts in Nijmegen bezocht. Zo bereikte ook de Byzantijnse cultuur de lage landen. Sowieso was het Oosten van Nederland aanzienlijk belangrijker dan het Westen; langs de grote rivieren waren de kloosters en abdijen rijk en vaak ook machtig. Maar ook Rome speelde een rol: van heinde en verre reisden mensen naar de stad van de pausen.

Schild van bewerkt elandgewei | Collectie en foto: Rijksmuseum, Amsterdam

Millennium

Het jaar 1000 – Nederland in het midden van de Middeleeuwen is een verrassende tentoonstelling. Aan de hand van een grote hoeveelheid thema’s als architectuur, geld, taal, woonplaatsen en alle verschillende invloeden neemt het museum ons mee langs een voor velen tamelijk onbekende wereld, die lag waar wij nu leven. Het meest originele thema is misschien wel het Millennium. Net als in het jaar 2000 vreesde men ook 1000 jaar eerder het einde van de wereld, al was het toen om religieuze en niet om informatietechnologische redenen. Spoiler alert: de wereld is ook toen niet vergaan.

Wetenschappers en ontdekkingsreizigers

In het hart van de expositie ligt de Schatkamer, maar het is maar de vraag of die werkelijk het meest interessante onderdeel is. Hoewel de reliekschrijnen, versierde handschriften en gouden boekbanden van een verbluffende kwaliteit en schoonheid zijn, is dit soort objecten uit de Middeleeuwen veel bekender bij een groot publiek dan bijvoorbeeld een Middeleeuws bed of het astrolabium dat de sterrenstand kon voorspellen.

Astrolabium uit Valencia, 1086 | Collectie en foto: Hessisches Landesmuseum, Kassel (Duitsland)

Ook bij de meesten onbekend zijn de bijzondere personages als Ibn Sina/Avicenna of Guðríður Þorbjarnardóttir, van wie door de hele tentoonstelling heen biografieën hangen. Wetenschappers, ontdekkingsreizigers en andere prominenten, die levens leidden en werelden verkenden die we ons bij die ‘Donkere Middeleeuwen’ nooit hadden voorgesteld.

Afbeelding boven: Nederlands landschap Het jaar 1000 | © Shosho (still uit een van de AV-projecties op de tentoonstellingswanden)

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.